Ignace d'Hert
Zondag 18 oktober
Knokke
Het is een bekende strikvraag die de farizeeën stellen: of het geoorloofd is belasting te betalen. Jezus pareert meteen: laat me de munt eens zien. Alleen al hiermee staan de farizeeën in hun hemd. Gelovige joden dragen namelijk geen munten bij zich waarop de afbeelding van de Romeinse keizer staat. Het opschrift op die munt is gewoon godslasterlijk: keizer Tiberius, de goddelijke. Voor joden is het een gruwel om een mens goddelijk te noemen en dan nog wel een vijandige onderdrukker. De farizeeën hebben zichzelf in de problemen gewerkt. En ja, belastingen zullen ze betalen. Dit is duidelijk. Minder duidelijk is de tweede uitspraak: geef aan God wat aan God toekomt.